Veel emoties en angst om toename wolven: ‘Het is wachten tot er iemand aangevallen wordt'

Harry Schipper – Veehouders, hobbydierenhouders, hondenbezitters, maar ook gezinnen die wonen in de buitengebieden en bossen van Harderwijk: allemaal maken ze zich grote zorgen over de in deze regio sterk in aantal toegenomen wolven en de toename van hun dodelijke aanvallen op hun dieren.

Toch is volgens burgemeester Jeroen Joon de gemeente Harderwijk tot dusver ‘formeel met handen en voeten gebonden’ als bezorgd en angstige  inwoners van Harderwijk vragen om in actie te komen tegen de wolven die al ettelijke keren in deze regio dieren – vooral schapen - hebben verwond of gedood

Joon sprak maandagavond in de raadszaal voor een gehoor van zeker tachtig mensen die waren afgekomen op een op zijn initiatief georganiseerde informatieavond over de wolf. Een informatieavond die meer duidelijkheid moest geven over vooral de vraag wat gemeente, provincie, rijksoverheid en zelfs de EU kunnen en gaan doen met de toenemende wolvenpopulatie. Onder hen een kleine twintig professionele veehouders en flink wat mensen die hobbymatig dieren als schapen, koeien en paarden houden. Ook waren er nogal wat natuurliefhebbers en hondenbezitters die regelmatig met hun dier door de bossen wandelen.

Precies een week geleden besloot het bestuur van de Conventie van Bern op verzoek van de Europese Unie dat de beschermde status van de wolf wordt verlaagd van ‘strikt beschermd’ naar ‘beschermd’. “Dit is een goede eerste stap naar het beter beheersen van de wolvenpopulatie in Gelderland”, vindt de Gelderse Gedeputeerde Harold Zoet die als verantwoordelijk provinciaal bestuurder ook door Joon was gevraagd om meer duidelijkheid te geven over het wolvenbeleid in Nederland. Met de nieuwe beschermingsstatus ontstaan er straks meer mogelijkheden om de wolvenpopulatie beter te beheren. Net zoals dat nu al geldt voor bijvoorbeeld het edelhert en het wilde zwijn.
Voor Zoet was dit naar eigen zeggen al de negende keer dat hij sprak tijdens informatieavonden over de wolf, die ook in andere Gelderse – en vooral Veluwse – gemeenten zijn georganiseerd omdat de ongerustheid onder de bevolking g alsmaar toeneemt. Zoet vertelde meteen maar dat hij zelf in het buitengebied woont en een dochter heeft die dagelijks naar school fietst en zich daarover ook zorgen maakt. En dat de provincie tijdens het strikte beschermingsregime van de wolf feitelijk niks anders kon doen dan subsidies te geven aan weidedierenhouders om wolf-werende rasters om hun land te plaatsen. Van het potje van drie miljoen euro dat Gedeputeerde Staten vorig jaar dacht in drie jaar hieraan uit te geven, resteert nu nog slechts 1 miljoen, zoveel aanvragen stroomden er binnen. Pogingen om ‘probleemwolven’ mensenschuw te maken door er met een paintballgeweer op te (laten) schieten, stranden vroegtijdig omdat de huidige strikte beschermingsstatus dat wettelijk verbied.

Met de nieuwe beschermingsstatus voor de wolf, die overigens nog moet worden geïmplementeerd, ging deze week een golf van opluchting van mensen die in ‘wolvengebieden’ wonen. “Zij ervaren de aanwezigheid van de wolf op een andere manier”, aldus Gedeputeerde Zoet. “Zij zien de problemen, voelen angst en durven het bos niet meer in”. De wijziging van het Verdrag van Bern gaat trouwens pas na drie maanden in. De meerderheid van de vijftig landen die in de Conventie van Bern zitten stemden voor de nieuwe beschermingsstatus, maar wordt pas van kracht als ze over drie maanden daar nog steeds zo over denken.

Sommige aanwezigen op de Harderwijkse informatieavond over de wolf kunnen daar nauwelijks op wachten. “Ik woon in het bos vlak achter De Ark en moet mijn kinderen en mijn paarden binnen houden, omdat de wolf gewoon bij over ons erf loopt”, vertelde Arjen Schouten. “Ik heb daar echt grote zorgen over”. Hij wilde ook weten of de overheid, net als bij gedode schapen, ook met een vergoeding komt wanneer zijn hond wordt doodgebeten. Schouten zei ook dat het leven van hem en zijn vrouw door de komst van de wolf behoorlijk is veranderd. “Ik moet nu elke dag mijn kinderen naar school brengen en weer afhalen”.

Burgemeester Joon kent meer van zulke verhalen, want hij is ook al een paar keer thuis geweest bij mensen bij wie schapen zijn doodgebeten. En bij de eigenaren van het hondje Bruno, dat een paar maanden geleden door een wolf werd doodgebeten in het Harderwijkse hondenbos. Joon zegt als gemeente ‘hiermee enorm te worstelen’ en sprak de hoop uit dat de status van de wolf snel omlaag gaat. “Maar voorlopig is de veiligheid van uw dieren nog echt uw eigen verantwoordelijkheid”.

Joon kan dat weten, want als burgemeester mag hij dan in het hele wolvenverhaal een naar eigen zeggen ‘beperkte rol’ spelen, ondertussen speelt hij op de achtergrond wel degelijk een best wel grote rol als het gaat om het wolvenbeleid in deze regio. Los van het feit dat hij gedupeerde dierenbezitters vaak thuis bezoekt is Joon lid van de Gelderse wolvencommissie. Deze wolvencommissie adviseert en stimuleert dierhouders om preventieve maatregelen te nemen om schade door wolven te voorkomen. Denk aan het plaatsen van wolfwerende rasters, geldelijke tegemoetkomingen en de inzet van kuddebeschermingshonden. De commissie bestaat uit vertegenwoordigers van veehouderij, terreineigenaren, faunabeheer en gemeenten.

De Harderwijkse burgervader is ook actief in het landelijk overleg over de wolf en houdt zich als  bestuurslid van de VNG, afdeling Gelderland daarin ook bezig met de wolf. Recentelijk nog sprak hij - weliswaar online – samen met zeven andere burgemeesters met staatssecretaris Jean Rummenie van Natuur. Die is bezig om samen met de provincies een landelijke uitvoeringsagenda op te stellen om wolvenaanvallen te voorkomen. Joon en de andere gemeentebestuurders hebben er bij de staatssecretaris op aangedrongen om vooral snel met maatregelen te komen, omdat het aantal wolvenincidenten in deze regio nog altijd toeneemt.

Gedeputeerde Zoet ziet vooral heil in het ‘weer bang maken van de wolf’, bijvoorbeeld door erop te schieten met paintballgeweren. “Er is met de conventie van Bern nu een héle grote stap gezet. Dat geeft mij heel veel hoop, dat kinderen straks weer buiten kunnen spelen en huisdieren gewoon weer los kunnen lopen”.

De groei van de wolvenpopulatie baarde veel aanwezigen de meeste zorgen. In Nederland is sinds de komst van de eerste wolf in 2015 het aantal uitgegroeid tot nu zo’n vierhonderd, verdeeld over elf roedels, waarvan acht in Gelderland. De meesten bevinden zich in het noordelijk en westelijk deel van onze provincie. Iemand rekende voor dat er zonder maatregelen over tien jaar wel 250.000 exemplaren in Nederland zouden rondlopen. “We stevenen af op een gigantische catastrofe. We moeten een grote protestactie organiseren”, meende hij. Maar zo’n explosie van het aantal wolven gaat echt niet gebeuren, wist een wolvendeskundige. Volgens hem stabiliseert de populatie zich nu al. En behalve door steeds meer sterfgevallen in het verkeer, bijten wolven ook elkaar soms dood, in de strijd om een eigen territorium.