Harry Schipper – Van een trotse café-eigenaar tot louche drugsbaron: Darius Afzali heeft duidelijk moeite met het belastende etiket dat hem door veel Harderwijkers is opgeplakt, nadat in de week voor Koningsdag op vrijdagavond een flink arrestatieteam van de politie met getrokken wapens zijn café Het Kantoor was binnengevallen omdat daarbinnen cocaïne zou worden verhandeld.
Op één van de ramen van het café op de hoek van de Bruggestraat en Vijhestraat heeft Afzali een kopie van de brief geplakt die hij pasgeleden ontving van de Officier van Justitie. Daarin staat dat Afzali niet langer verdacht wordt van de handel in drugs. Er is daarvoor onvoldoende bewijs, zo motiveert de officier zijn besluit.Nu, een half jaar verder, de verzegeling van de toegangsdeuren er eindelijk af mag, krijgt Afzali tot zijn verbijstering opeens bericht van de gemeente dat zijn horecavergunningen zijn ingetrokken en zijn café dus gesloten moet blijven
Darius Afzali (36) is blij dat hij niet meer wordt aangemerkt als hoofdverdachte, al werden hij en de portier die bewuste vrijdagavond op 14 april afgevoerd in politiebusjes en bracht hij drie dagen en nachten door in een cel. Al die tijd ontkende hij ook maar iets van doen te hebben met drugshandel. “Ik ontken en dat zal ik ook blijven doen, want ik ben onschuldig”, herhaalt hij ook nu nog. Maar het steekt hem dat hij al die tijd wel als verdachte is gezien. “Ik wordt van een hardwerkende jongen opeens als drugsdealer, als drugsbaron neergezet. Mijn kinderen hoorden op school dat hun pappa een boef was”.
Zijn naam mag dan nu zijn gezuiverd, de gevolgen van de inval en direct daarop volgende sluiting van zijn café werken nog altijd door. Ook nadat de zes maanden verplichte sluiting voorbij waren en de gerechtelijke zegels weer van de deuren mochten. Afzali vertelt dat hij twee weken lang keihard aan de slag is geweest om zijn café weer op orde te krijgen. “Ik heb duizenden liters bier moeten weggooien en ook tientallen liters sterke drank cocktaildrankjes en frisdrank. Zaten allemaal fruitvliegjes in die door de schenktuitjes naar binnen waren gekropen. Ik had vanwege Koningsdag juist extra veel ingeslagen. Bij elkaar voor meer dan tien mille”. Maar vlak voordat hij zijn café weer wilde heropenen – ‘ik had alles weer harstikke schoon’- kreeg hij bericht van de nieuwe burgemeester Jeroen Joon dat hij zijn Alcoholwetvergunning en exploitatievergunning heeft ingetrokken.
Joon stelt zich op het standpunt dat er ‘geen sprake is van ontbrekende verwijtbaarheid’ van de eigenaar in de kwestie die heeft geleid tot het sluiten van het Kantoor op grond van de Opiumwet. “De strafrechtelijke vervolging van de eigenaar staat los van het bestuursrechtelijke traject”, legt zijn woordvoerder uit. “Er is door de burgemeester ook niet gesteld dat de eigenaar zelf drugs verkocht. Dat is nooit de reden van sluiting geweest, noch de reden van intrekking van de vergunningen”. Wat dan wel? “Omdat er geen sprake is van ontbrekende verwijtbaarheid, of, eenvoudig gezegd: er is dus wél sprake van enige verwijtbaarheid, moet de burgemeester de Alcoholwetvergunning intrekken. Hij heeft hierin geen beleidsvrijheid; dit staat gewoon zo voorgeschreven als voorwaarde voor het al dan niet behouden van de vergunning”.
Darius Afzali snapt het niet: “Ik ben niet verdacht, ik heb geen strafblad en ben zelfs nooit met de politie in aanraking geweest. Voordat ik Het Kantoor begon was ik 21 jaar manager bij hotel Monopole van de familie Posthumus. Ik heb het café in coronatijd helemaal opgeknapt en alles steen voor steen zelf verbouwd. Ik draaide nog maar net een maand of veertien tot die inval kwam en het café voor zes maanden dicht moest. Ik had nog schulden door die verbouwing en toen vielen ineens ook mijn inkomsten weg. Ik heb een gezin te onderhouden. Ik heb drie kinderen van tien, zeven en één jaar. Ik moest leningen aangaan en heb veel gewerkt in de bouw en als klusjesman om alles te kunnen blijven betalen. Zeven dagen in de week. Want de vaste lasten lopen gewoon door hoor”.
Zijn poging in mei om via de voorzieningenrechter weer open te mogen mislukt. De voorzieningenrechter wijst het af en verwijst voor zijn besluit naar een bestuurlijke rapportage die de politie aan toenmalig burgemeester Harm Jan van Schaik heeft verstrekt. Daaruit blijkt dat café Het Kantoor al langer door de politie in de gaten werd gehouden omdat werd vermoed dat er cocaïne werd gedeald. ‘Politie-informatie-inwinners’ hebben dat tijdens hun undercoveroperaties in het café ook herhaaldelijk waargenomen. Zo zien ze dat ‘in de nacht van 14 op 15 mei 2022 in de toiletruimte personen liepen met envelopjes met een wit poeder’. Ook kwamen er in februari van dit jaar anonieme meldingen bij de politie binnen dat er vanuit Het Kantoor gehandeld zou worden in harddrugs door onder meer een barmedewerkster. En constateerden undercoveragenten in de nacht van 11 op 12 maart dat er cocaïne werd verkocht in het café. Voorafgaand aan de inval op vrijdagavond had ook een politieman gezien dat er bij de portier cocaïne werd gekocht, al bracht de portier daar tegenin dat hij dat envelopje juist van iemand had afgenomen.
“We doen er juist alles aan om drugs en dealers buiten te houden”, legt Afzali uit. “En dat weet de politie best. Ik heb zelfs camera’s hangen. Elf maanden lang zijn ze undercover bij me binnen geweest. Die rapportage klopt niet. Er kan best eens iets gebeurd zijn hier binnen, maar zeker niet door mij. En ik heb het ook niet geconstateerd. Het steekt mij dat ik daar nu de dupe van moet worden”.
Het steekt Darius nog het meest dat hij pas vlak voordat hij weer dacht verder te mogen met zijn café het bericht kreeg dat zijn zaak niet meer open mag. “Ze hebben alles van me afgepakt. Mijn zaak, mijn inkomen en nu ook nog eens mijn horecavergunningen”. Wat hij nu gaat doen weet hij nog niet…
