Door Harry Schipper – In de 22 gemeenten omvattende Veiligheidsregio Noord- en Oost Nederland (VNOG) lukt het de Harderwijkse brandweer niet om met de eerste brandweer-tankautospuit binnen de normen van de gebiedsgerichte opkomsttijden de Harderwijkse woonwijken Drielanden en Wittenhagen te bereiken.
Dat valt op te maken uit het concept Dekkingsplan, onderdeel van het Regionaal Beleidsplan 2021-2024 van de VNOG, de Veiligheidsregio Noord- en Oost Nederland.Drielanden en de Wittenhagen in Harderwijk vormen daarmee een uitzondering binnen het VNOG-verzorgingsgebied, waar die eerste tankautospuit verder wel in alle gemeenten en wijken goed tot voldoende binnen de daarvoor geldende opkomsttijden arriveert.
“Dit betekent niet automatisch dat het brandrisico voor de betreffende gebieden onaanvaardbaar is”, zo stelt de VNOG meteen in het dekkingsplan. “De brandweer blijft zich altijd inspannen om zo snel mogelijk ter plaatse te zijn. De opkomsttijd is één van de maatregelen die de brandweer kan treffen om te zorgen voor een brandveilige leefomgeving. De focus op enkel de opkomsttijden is te eenzijdig bij het beschouwen van de integrale brandveiligheid”.
De opstellers van het dekkingsplan noemen de zorg voor brandveiligheid ‘een gedeelde verantwoordelijkheid van de gemeenten en de brandweer’ en wordt ‘ook een beroep gedaan op de eigen verantwoordelijkheid van inwoners, bedrijven, instellingen en bezoekers van de regio’.
“De meeste slachtoffers vallen in de beginfase van brand, op het moment dat de brandweer überhaupt nog niet ter plaatse kan zijn. Risicobeheersingsmaatregelen met effect op deze fase hebben daarmee de meeste veiligheidswinst”, schrijven ze. Bij de VNOG wordt aan scenario’s gewerkt met maatregelen ‘voor de vlam’. Die moeten ervoor zorgen dat ook een brandweer die iets later dan de geldende opkomsttijd bij een brand arriveert – wat dus in Drielanden en in De Wittenhagen meestal het geval blijkt te zijn – nog een beheersbaar scenario treft.
De twee Harderwijkse wijken krijgen binnen VNOG prioriteit bij het nemen van risicobeheersingsmaatregelen. Dat gebeurt met een pilot in zowel Harderwijk als Winterswijk, waar wordt gewerkt aan een dashboard waarop voor diverse scenario’s en voor elk brandbaar object in de wijk snel overzichtelijk is gemaakt wat de specifieke risico’s zijn en welke maatregelen het beste genomen kunnen worden. De ervaringen die tijdens de pilot worden opgedaan worden later verder uitgewerkt voor de hele regio.
Het Regionaal Beleidsplan 2021-2024 vormt het strategische beleidskader voor de VNOG en beschrijft de koers voor de komende vier jaren. In het Regionaal Risicoprofiel 2021-2024, samen met het dekkingsplan onderdeel van dat beleidsplan, worden de risico's die zich in de VNOG-regio kunnen voordoen, geïnventariseerd en geanalyseerd. Ook staat er in wát de gevolgen zijn als het risico zich voordoet. Via B en W worden de VNOG-concepten voorgelegd aan alle 22 gemeenteraden in het werkgebied. Die kunnen tot eind oktober hun wensen uiten, waarna op 10 december het dagelijks bestuur van de VNOG r het regionaal risicoprofiel en beleidsplan definitief vaststellen.