‘Aardappels, groente en vlees eten we nog regelmatig’

Door Petronella van het Goor - Het had de afgelopen twee maanden een heerlijk weerzien moeten zijn voor Paul (40), Esther (39), Ezra (10), Anna (8) en Jona (6) Rombout uit Malawi. Twee maanden ‘op bezoek’ in Harderwijk, voor het eerst sinds augustus 2018. Maar toen zette Corona een hele dikke streep door dat verlof.

Familie Rombout in Malawi

“De teleurstelling dat het niet door ging, was bij ons allemaal groot. We hadden er erg naar uitgekeken. We houden onszelf voor dat we hier waarschijnlijk veiliger zijn en dat we hier minder beperkt zijn in wat wel of niet kan, omdat ons wereldje toch al klein is.

De kinderen schakelden gelukkig redelijk snel, al zijn ze soms nog wel even verdrietig als ze het beseffen weer”, zeggen Paul en Esther vanuit hun woonplaats Mitekete, Chikwawa in het zuiden van Malawi. 
 
Gelukkig heeft niemand in het gezin zelf te kampen gehad met Corona. Wel was het een spannende tijd. “Malawi is een van de laatste landen geweest waar Corona bevestigd werd en het aantal zieke mensen liep heel langzaam op. Nu is het nog steeds niet veel in vergelijking met Europese landen.” Toch was het spannend. “We hebben wel gedacht: ‘als het hier komt, is het hek van de dam’.” Gelukkig is de realiteit dat het virus zich niet snel verspreidt in Afrika. “Maar dat Europa steeds meer maatregelen invoerde en dat ook hier de grenzen werden gesloten, maakte wel dat je het gevoel kreeg opgesloten te zitten.” Dat voelden ze als gezin helemaal toen Paul twee keer malaria kreeg en Ezra koorts kreeg vanwege een ontsteking. “Dan voel je je kwetsbaar, helemaal omdat we niet buiten het district mochten bewegen als er een lockdown kwam.” Gelukkig knapte iedereen op en is de lockdown er nooit gekomen, “maar het was wel een spannende tijd.”
 
De eerste voorzichtige plannen voor de herkansing worden gemaakt. “We hebben een stille hoop dat er in de periode augustus/september een mogelijkheid is, zodat onze kinderen ook nog een paar weken kunnen aanschuiven op hun oude basisschool De Bron. Maar dat alleen als we niet in quarantaine hoeven en wel dingen kunnen ondernemen. Anders is het zonde van de tijd en moeten we eerder denken aan april/mei volgend jaar...”

De verhuizing

Drie jaar geleden, in mei 2017, besloten Paul en Esther met hun drie kinderen vanuit Harderwijk te verhuizen naar Malawi, Oost-Afrika. Ze werken daar voor een lokale Malawiaanse organisatie, genaamd Gulugufe (zeg: Koeloekoefé), wat ‘vlinder’ betekent. De organisatie helpt gezinnen die in armoede leven een richting te vinden in hun leven, hun talenten te ontdekken en in te zetten. Ook leren ze hen zoveel mogelijk zelfvoorzienend te leven en daarbij de natuur te respecteren.
 
Natuurlijk was het een grote stap, maar Paul en Esther ‘wisten’ waar ze aan begonnen. Ze hebben van 2006 tot 2014 in Malawi gewoond, Ezra en Anna zijn er geboren. Na drie jaar Nederland, besloten ze de sprong opnieuw te wagen. Nu, drie jaar later, kijken ze erop terug als een ‘goede keuze’. “Natuurlijk is het altijd spannend hoe je stap uitpakt, ook omdat er nog veel onduidelijk was. Waar gaan we wonen, hoe gaat de gewenning voor onze kinderen, bevalt de thuisscholing voor ons allemaal wel? De ervaring die we al hadden, maakte wel dat we de keuze met vertrouwen hebben gemaakt.” Dat wil niet zeggen dat alles van een leien dakje ging.

“Het stuk land waar we ons oog op hadden laten vallen, ging niet door. Achteraf waren we daar blij mee omdat er wat addertjes onder het gras zaten qua contract, maar het betekende wel dat we de eerste twee jaar wat verder weg woonden, zodat er elke dag heen en weer gereisd moest worden. Een absoluut hoogtepunt was het verhuizen naar onze ‘werklocatie’, zodat alles nu voor ons op een plek is.” Een ander hoogtepunt was het faciliteren van de eerste training op locatie. “Een doorlopend hoogtepunt is ons geweldige personeel.” De dieptepunten van de afgelopen drie jaar? “Toch wel het opschuiven van ons verlof vanwege Corona, daar hebben we allemaal erg naar uitgekeken. En de overstromingen door cycloon Idai, dat was een hele heftige periode die ons altijd bij zal blijven.”
 
Ook al zit er bijna achtduizend kilometer tussen Nederland en Malawi, sommige dingen zijn altijd, overal hetzelfde. “Aardappels, groente en vlees bijvoorbeeld, dat eten we regelmatig. Maar ook het gezinsleven, de opvoeding. Bepaalde gewoonten zijn anders, maar de opvoeding is wezenlijk hetzelfde. De taal die we als gezin onderling spreken, is ook Nederlands.” Wat dan weer niet te vergelijken is? “We leven veel buiten en het is eigenlijk altijd warm weer. Het leven is minder hectisch. Onze kinderen spreken meerdere talen, lopen veel op blote voeten. Het sociale leven is hier heel belangrijk, ook omdat het wereldje wat kleiner is. Af en toe gaan we een dagje naar de stad voor boodschappen, soms maar twee keer per maand.”
 
Ook al is het leven in Malawi minder gestructureerd, toch is een werkdag/schooldag ingedeeld via een redelijk vast ritme. “We staan op als we wakker worden, we zetten nooit een wekker, maar meestal is dat rond zes uur ’s ochtends. We beginnen de dag met onze medewerkers, we openen de dag met elkaar en bespreken wat dingen, daarna gaan onze medewerkers aan het werk. Om 7.30 uur ontbijten wij met ons gezin en om 8.30 uur begint de schooldag. Na de lunch lezen we vaak nog even met de kinderen, onze medewerkers werken tot 17 uur. Na werktijd voetballen we nog een half uurtje met alle medewerkers en onze kinderen. Tijdens- en na het avondeten is het gezinstijd.”

Op zaterdagen doet Esther de was en in de ochtend werkt Paul nog. “Onze kinderen weten zich heel goed te vermaken. Ze hebben weinig nodig en spelen eigenlijk altijd buiten, met de andere kinderen. Ze spreken naast Nederlands ook Engels en de lokale taal Chichewa.” Op zondag gaan ze soms naar de kerk. “Daarnaast bezoeken we vrienden en af en toe, als het budget het toelaat, plannen we een uitje. Lekker zwemmen of een wildpark bezoeken doen we dan het liefst.”

Omdat we heel benieuwd zijn hoe de kinderen het leven in Malawi ervaren, stelden we hen ook wat vragen:

Hoe vinden jullie het in Malawi?
Ezra: “Leuk, omdat het altijd lekker weer is, er bijzondere dieren te vinden zijn en ik van alles kan maken en uitvinden.”
Anna: “Leuk, omdat we veel buiten kunnen spelen, het eigenlijk altijd lekker weer is, we tikkertje kunnen spelen en in bomen kunnen klimmen. Ook vind ik alle dieren die we hebben heel leuk.”
Jona: “Ik vind eigenlijk alles wel leuk. Lekker voetballen en spelen.”
 
Wat weten jullie nog van wonen in Nederland?
Anna: “Dat we naast mijn vriendin Sari woonden en dat ik vaak bij andere kinderen thuis speelde.”
Jona: “Ik kan me weinig herinneren van wonen in Nederland. Wel van de laatste keer dat we er waren (anderhalf jaar geleden, red.). Dat we onze familie weer zagen en er naar school gingen.”
Ezra: “Ik weet nog dat het er koud is en dat je ook ’s middags naar school gaat.”
 
Welk moment van de dag vinden jullie het leukst en waarom?
Ezra en Jona: “Het einde van de middag, omdat we dan met iedereen gaan voetballen.”
Anna: “De avond is het leukst, omdat we dan af en toe ook nog in het donker mogen spelen en dat vind ik spannend en leuk.”
 
Wat of wie missen jullie het meest aan en in Nederland?
Jona: “Huub, een jongetje uit mijn klas.”
Anna: “Mijn vriendin Sari.”
Ezra: “Mijn vriendjes en vriendinnetjes, die mis ik het meest.”
 
Wat eet je op brood?
Ezra en Jona: “Pindakaas!”
Anna: “Ik eet het liefst gebakken worstjes op brood.”
 
Wat is je lievelingsdier?
Anna: “Cheetah.”
Ezra: “Luipaard.”
Jona: “Python.”
 
Wat is je allermooiste herinnering?
Ezra: “Mijn tiende verjaardag, want toen schoot ik voor het eerst een goal.”
Anna: “Naar het Zomba plateau in de tropische bossen. Dat vond ik heel leuk. En ik vond het grappig dat mamma in de bijtende mieren stond te dansen.”
Jona: “Die dag dat we naar Lake Malawi gingen.”

Familie Rombout Malawi