6 maart 1584 - De Geldersche munt wordt naar Harderwijk verplaatst

In 1584 verplaatsen de Staten van Gelderland, de provinciale Munt uit Nijmegen naar Harderwijk, omdat Harderwijk goed te verdedigen is tegen de Spanjaarden.

De eerste munten zijn in Harderwijk geslagen tussen 1339 en 1361. In de rand van die munten staat duidelijk vermeld: MONETA HERDERWICH.

Tijdens de 80-jarige oorlog (1568-1648) verplaatst Graaf Willem IV van den Bergh zijn muntbedrijf van 's-Heerenberg naar Harderwijk (1582-1583). Harderwijk ligt noordelijker en is beter te verdedigen tegen de Spanjaarden. De munten zijn hier dus veiliger. In 1584 verplaatsen de Staten van Gelderland, om dezelfde reden, de provinciale Munt uit Nijmegen naar Harderwijk. Elke provincie heeft in die tijd zijn eigen muntsoort. Van eenzelfde munt voor heel Europa is dus absoluut nog geen sprake.

Het voormalige Klooster Clarendale van de Grauwe Susteren wordt in gebruik genomen als Muntgebouw. Deze bestemming houdt het gebouw tot in 1806, in welk jaar de provinciale munten, onder invloed van de Franse overheersing, worden opgeheven. Het gebouw staat er nog steeds en heeft, na de huisvesting van achtereenvolgens de soldaten voor de koloniën en militairen, nu een woonbestemming met de toepasselijke naam: de "Geldersche Munt". In Harderwijk hebben we nog steeds de Muntsteeg. Een naam die herinnert aan de aanwezigheid van de Provinciale Munt in Harderwijk.